Huis Denies

Aan tafel! Huis Denies schotelt al 114 jaar het betere tafel- en keukenmateriaal voor. Tussen pot en pan vind je er advies, kwaliteit én ambachtelijkheid.

Huis DeniesHet valt op. De pastelgroene gevel op de IJzerenleen waarop een vintage logo prijkt. “Het logo is zo oud als de zaak zelf”, vertelt Else (50). Zij is de vierde generatie. Terwijl zij praat, is de vijfde vlijtig aan het werk. Vier generaties lang werd de zaak overgedragen van moeder op dochter. Nu is het aan Pieter (25), de zoon van Else.

Meid wordt onderneemster

Ook de historiek van Denies is opmerkelijk. Het verhaal begint bij Octavie, de vrouw van Fons Denies. “Mijn overgrootmoeder Octavie was een boerendochter. Als jong meisje moest zij met een stootkar de bladeren van de bomen bij elkaar vegen om te gebruiken op het land. Toen werd ze aangesproken door een Mechelse bourgeoisiefamilie. Ze zagen meteen een straffe werkkracht in haar”, vertelt Else enthousiast. Daar gebeurde het: Octavie ging er aan de slag als meid en zag met eigen ogen hoe de perfecte tafel anno 1900 werd gedekt. “In 1907 begon mijn overgrootmoeder dan met haar eigen winkel. Ze verkocht vooral ijzeren drinkbussen voor de werkmannen. Nu is dat terug in”, lacht Else.

Huis Denies

Op scherp

114 jaar later bestaat Denies nog steeds. Het succesrecept? “Niet te zot doen. Rustig aan verder bouwen”, zegt Else. Op die manier overleefden ze twee wereldoorlogen. Toch kruidt elke generatie de zaak op zijn manier. “Bij mijn grootmoeder lag de focus meer op de gedekte tafel en decoratie”, vertelt Else. “Nu is het koken vooral in. Tijdens de lockdown hebben we opvallend veel basisgerief verkocht. En ook de messen doen het goed. Daar is mijn zoon door begeesterd. Hij slijpt ze zelf. Als een echte ambachtsman, met zijn twee gouden handen.” Pieter volgde een opleiding in Zweden. Nu heeft hij achteraan in de winkel zijn eigen slijpatelier. Ook de vijfde generatie staat dus op scherp. Iets waar zijn voorgangers duidelijk fier op zijn.

Huis Denies

Onder moeders vleugels

Moeder en zoon delen dus dezelfde werk-én woonplek. Hoe dat gaat, onder moeders vleugels? “Dat gaat vlot. Nu kan ik ons mama een hele dag plagen”, lacht Pieter. “En na een drukke dag trekken we een flesje wijn open.” Else vult aan: “Ik heb hem trouwens nooit verplicht om in de zaak te staan. Ik vind het belangrijk om hem te betrekken, hem mee te nemen naar beurzen, zijn visie te volgen.”

Huis Denies

Potten breken

Else en Pieter verkopen alles voor tafel en keuken. “Alles wat kwaliteit is. Zo werken we bijvoorbeeld heel graag met Demeyere, een fantastisch Belgisch bedrijf. Hun potten en pannen zitten ook in mijn eigen keukenlade”, vertelt Else. “Het enige nadeel is dat een goede pan lang meegaat”, lacht ze nog. Pieter: “Ik kook zelf ook graag. Als student stond ik in Restaurant LAM’EAU. Daar heb ik super veel kooktechnieken geleerd. Nu vragen mensen mij soms: hoe kan ik zo’n goei solleke bakken als daar? Met het advies dat ik hen kan geven proberen we het verschil te maken.” En dat werkt. Naast Windels, Schockaert en Vanderbeeck is Denies één van de ijzersterke familie- en speciaalzaken op de IJzerenleen. Een familieverhaal dat potten blijft breken!

Huis Denies

Favoriete adresjes?

  • “Als je wil trakteren, ga dan naar de Centpourcent. Da’s echt een heerlijke culinaire ervaring! Omdat we zelf met koken en eten bezig zijn, wil je al eens verrast worden op dat niveau. Dat kan je thuis niet evenaren.”
  • Pintxos vinden we een super goede tapasbar. Hun terrasje boven hebben we laat ontdekt, maar vinden we heel gezellig om te zitten. Hun ceviche, gelakte varkenswangetjes, … dat zijn meer dan gewone tapas: het zijn volwaardige gerechtjes in het mini. Ze zijn bovendien stukken gezonder dan de gefrituurde hapjes die de meesten serveren.”
  • “Ook de Kuub heeft een uniek terras. We vinden het heerlijk rustig om daar op het plein iets te drinken. Hun mix aan publiek is boeiend: je ziet er jongeren, academiegangers, cultuurgangers,… Daar zitten en rondkijken is pure ontspanning.”
  • “Nog een vermelding waard onder de noemer van oude speciaalzaken is Marisol. Een miniwinkel, maar hun aanbod is toch groot. Mijn man is zot van hun gekonfijte gember.”
  • “We wonen in de stad, dus zoeken graag de rust in de natuur op. Die vinden we bijvoorbeeld in het Robbroek aan Battel, een natuurgebied tussen de Zenne en de Leuvense vaart. Je hebt er stukken waar gallowayrunderen lopen, maar ook beboste stukken en natuurlijk veel water. Prachtig daar.”

Mechelen in drie woorden:

grootstad in't mini / gezellig / proper